Anne - Sinustrombose na de bevalling
Op 24 jarige leeftijd ben ik bevallen van onze zoon. Vijf dagen later waren we in het ziekenhuis omdat hij geelzucht had en opgenomen moest worden. In de tweede nacht werd ik wakker voor de voeding en voelde het alsof mijn rechterarm deels sliep, alsof er een 'aanvoerdersband' om mijn bovenarm zat.
Ik dacht dat ik verkeerd had gelegen en ging op mijn andere zij liggen. In de ochtend was dit gevoel verergerd en heb ik mijn partner gebeld dat hij moest komen.
Toen ging alles eigenlijk heel snel. Ik had namelijk het idee dat ik een TIA (beroerte van voorbijgaande aard) had gehad en gaf dit aan bij de verpleging. Zij gaven aan dat ik waarschijnlijk wat klachten had naar aanleiding van de bevalling omdat ze dit wel vaker zagen.
Het tintelende en drukkende gevoel begon zich uit te breiden naar mijn been en af en toe verdween het weer. Daarop is besloten om een CT scan te maken. De dag erop zou ik een MRI krijgen omdat die deze dag bezet was. Eenmaal terug op de kamer begon ik moeilijker te praten en begon het gevoel ook te ontstaan in mijn gezicht. Ik gaf aan hoofdpijn te hebben en ben gaan slapen. Na een tijdje schoot ik wakker door een epileptisch insult. Ik riep dat ik een insult kreeg en uiteindelijk ben ik weg gevallen.
Volgens mijn partner heb ik toen meteen mijn MRI gekregen en zagen ze de Cerebrale veneuze sinustrombose en daarnaast nog infarceringen. Ik ben met spoed naar het AMC in Amsterdam gebracht (vanuit Geldrop) omdat ze daar de meeste kennis zouden hebben. Ik ben daar in een status epilepticus beland. Ik heb er koorts bij gekregen en heb uiteindelijk ongeveer een week in een soort coma gelegen op de IC. Na die week mocht ik naar de BrainCare.
Daar ben ik nog drie dagen gebleven tot ik stabiel was en weer terug kon naar het ziekenhuis in Geldrop. In Geldrop ben ik nog twee en een halve week geweest tot er plek was in het revalidatiecentrum Blixembosch in Eindhoven.
Ik was rechtszijdig volledig verlamd en had last van afasie.
Op Blixembosch heb ik vijf maanden intern gerevalideerd en erna nog zeven maanden poliklinisch.
Nu kan ik bijna alles weer bewegen maar beperkt. Ik heb nog restverschijnselen zoals overprikkeling, vermoeidheid, spasme, epilepsie, verhoogde tonus en nog een aantal verlammingen.
Ik heb veel dingen lang willen ontkennen omdat ik niet ziek wilde zijn. Het was voor mij ook mijn copingsmechanisme. Op een moment besefte ik dat ik juist mezelf in de weg zat door zo koppig te zijn.
Doordat ik zo lang en zo veel weg ben geweest van huis had ik heel lang niet het gevoel dat ik moeder was. Mijn eigen zoon voelde meer als een soort neefje dan dat het mijn zoon was.
Gelukkig is dit moedergevoel met de tijd helemaal teruggekomen.
Uiteindelijk hebben de artsen aangegeven dat de bevalling de oorzaak was van mijn sinustrombose / CVST. De hoeveelheid hormonen was teveel voor mijn lichaam waardoor het bloed stroperig is geworden. Het is me overkomen.
Dat is in mijn ogen het grootste voordeel, ik hoef me geen zorgen te maken dat mijn zoon een bloedstollingsprobleem kan hebben.
Anne