Loodvergiftiging

Lood is één van de zware metalen dat giftig is voor het lichaam en voorkomt in het milieu. Bijvoorbeeld in omgevingslucht, bodem, voeding en drinkwater. Wie teveel wordt blootgesteld aan lood kan een loodvergiftiging oplopen.

Lood kan lang in het lichaam blijven en stapelt zich in het lichaam. 95 % van het geabsorbeerde lood stapelt zich in de botten en komt daaruit langzaam weer vrij. De halfwaardetijd (de tijd die het duurt voordat een hoeveelheid precies gehalveerd is)  van lood in botten is 20 tot 30 jaar.
Vanuit de botten wordt het verspreid naar het bloed, de weke weefsels, de haren en tanden.
Wie op de kinderleeftijd teveel lood binnengekregen heeft kan daardoor ook als volwassene nog teveel lood in het bloed hebben. In Nederland ligt de norm op 10 microgram lood in het bloed. Ruim 7.600 kinderen in Nederland hebben zelfs meer dan 10 microgram lood in hun bloed (Unicef 2020).

 

De bloedwaardes van lood nemen gedurende de blootstelling toe, gedurende  twee tot zes maanden. Idem geldt dit voor de loodwaardes in organen. Daarna blijven de waardes redelijk constant behalve bij ouderen waar in de botten en de aorta de concentratie toeneemt.

Oorzaken

Iemand kan een loodvergiftiging oplopen door inademing (stof, rook, sprays of dampen), of door het drinken van water dat lood bevat of het eten van loodhoudend voedsel of doordat kinderen iets van  met loodstof vervuilde grond in hun mond stoppen.

 

Lood komt met name in de voedselketen door loodhoudend stof dat in de bodem terechtkomt waar gewassen (granen) en planten het uit de bodem opnemen. Als die planten door het vee worden gegeten, kan lood in zuivelproducten en vlees terechtkomen. Als de granen, planten of vruchten voor de  menselijke consumptie bestemd is kan het in brood, groenten, vruchtendranken en thee terechtkomen.


De bekendste boosdoener is het drinken uit oude waterinstallaties waar nog loden waterleidingen in verwerkt zijn.

Het drinkwater kan dan lood bevatten. Het water komt in contact met de wand van de waterleiding en neemt deeltjes lood op.
Dat geldt in Nederland voor oude waterinstallaties van voor 1960. Ook nieuwe installaties en kranen kunnen de eerste drie maanden looddeeltjes afgeven. Bijvoorbeeld bij messing kranen. Messing is een legering waar lood in verwerkt zit.
Zorg bij nieuwe kranen en waterinstallaties dat je de kraan de eerste drie maanden even door laat lopen voor je ervan drinkt. NB! De eigenaar van een gebouw is verantwoordelijk voor het vervangen van waterleidingen waar lood in zit.

Vroeger werd er veel meer dan nu met lood gewerkt waardoor het nog steeds in het milieu en in huis wordt aangetroffen. Denk aan de bouw, waterleidingen, huishoudelijke apparaten, benzine met lood, loodhoudend gips en verf. Wie bijvoorbeeld een huis gaat renoveren en loodhoudende verf gaat afkrabben kan zo aan lood worden blootgesteld. Een andere zorgwekkende bron is volgens Unicef het onjuist en illegaal recyclen van loodzuur batterijen uit auto’s en andere voertuigen.

Bij het roken van vapes, elektronische sigaretten, komen ook giftige metalen vrij waaronder lood. Die metalen brengen schade toe aan de hersenen kluchtwegen en andere organen. De overige giftige metalen zijn naast lood, ook uranium en cadmium.

Klachten / symptomen loodvergiftiging

De hieronder genoemde klachten komen bij meerdere aandoeningen voor. Echter bij een combinatie van deze klachten, in combinatie met bloedarmoede moet een loodvergiftiging overwogen worden. De ernst van de klachten kan variëren.

Klachten bij een acute loodvergiftiging kunnen optreden zijn:

  • acute buikpijn
  • kolieken
  • misselijkheid
  • braken
  • bloedarmoede (verhoogde afbraak van rode bloedlichaampjes)
  • leverbeschadiging
  • neuropsychologische gevolgen
  • hersenschade (Lood encefalopathie) kan gepaard gaan met:
    • sufheid, sloomheid óf
    • onrust en slapeloosheid
    • verwardheid
    • desoriëntatie
    • hallucinaties
    • moeite met lopen, ataxie
    • trillen
    • spiertrekkingen en stuipen
    • coma
    • - met eventueel de dood als gevolg na 2-3 dagen.
  • heel soms zenuwschade aan het uiteinde van de lange zenuwen in het lichaam. Dat leidt tot veranderingen in gevoel en beweging, en kan pijn veroorzaken (perifere neuropathie).
  • doof gevoel in het bovenbeen.
  • bij ongeboren kinderen en kinderen die zich nog ontwikkelen een verminderde intelligentie dat 5 punten kan schelen. Mogelijke gedragsproblemen.

 

Lees meer over een encefalopathie, de hersenziekte die veroorzaakt kan worden door bijvoorbeeld een loodvergiftiging, op de speciale pagina over encefalopathie.

De chronische klachten van een loodvergiftiging kunnen zijn:

  • Buikpijn wijdverspreid (diffuse buikpijn) of koliekpijn in de buik.
  • Misselijkheid of braken.
  • Metaalsmaak in de mond.
  • Diarree.
  • Gewichtsverlies.
  • Gebrek aan eetlust.
  • Moeite met ontlasting, obstipatie.
  • Vermoeidheid.
  • Bloedarmoede, beschadigde rode bloedcellen.
  • Hoofdpijn.
  • Hoge bloeddruk.
  • Hart en vaatziekten.
  • Zenuwschade (perifere neuropathie) met prikkelende tintelende pijn in handen of voeten (paresthesie), verzwakking (parese) of verlamming (paralysis)
  • Beschadiging van de nieren.
  • Jicht (pijnlijke ontsteking van een gewricht in de voet of teen)
  • Blauwe lijn om het tandvlees (Burtonlijntjes) en grijze verkleuring van mondslijmvlies.
  • Invloed op de schildklier.
  • Invloed op de voortplanting. Bij de man door afname van de beweeglijkheid van zaadcellen, te weinig zaadcellen en bij de vrouw onvruchtbaarheid, miskramen, vroegtijdige bevalling en vroegtijdig breken van de vliezen.
  • Invloed op de bijnier.
  • Een ‘wrist drop’ (pols en de vingers kunnen zich niet uitstrekken, afhangende  hand) of ‘ankle drop’ (afhangende voet) door verlamming van spieren.

    Er zijn aanwijzingen dat langdurige blootstelling aan een lage concentratie lood bij volwassenen, kan leiden tot gedragsveranderingen en neuropsychiatrische aandoeningen.

Risicogroepen

  • Vanwege de effecten op de foetus zullen zwangere vrouwen de risico's moeten vermijden, omdat lood vooral voor het ongeboren kind gevaarlijk is. Hoe kleiner het kind is, hoe groter het percentage loodopname. Dat is zeer slecht voor de ontwikkeling van het kind. Het zenuwstelsel en de hersenen moeten nog worden aangelegd.
  • Kinderen tot zeven jaar. Dit omdat zij meer kans tot opnemen hebben. Doordat zij meer in hun mond stoppen van met loodstof verontreinigde grond, maar ook omdat de darmen meer resorberen en er minder lood in het bot wordt opgeslagen, en omdat lood bij jonge kinderen de bloed-hersenbarrière kan passeren. Bij teveel inname kan dat effect hebben op de hersenontwikkeling en leiden tot een IQ verlies van 1 punt.
  • Mensen op oudere leeftijd. Ook dan is een loodvergiftiging gevaarlijk omdat het het bloed, de lever, nieren, hersenen en zenuwstelsel kan aantasten.
  • Beroepsgroepen die werken met: loodhoudend vet, solderen van blik, loodhoudende verven, loodpoeder, loodverbindingen, lood- en zinksmelten, loodoxide en loodstof. Zie externe afbeelding van deze beroepsgroepen.
  • Een vergroot risico lopen mensen die te lijden hebben onder verontreiniging van het milieu door lood zoals bodemverontreiniging.
  • Mensen die oude loodbevattende verflagen afbijten.
  • Mensen die dranken nuttigen die in kristallen karaffen worden bewaard.
  • Mensen die vaak op schietbanen komen.
  • Mensen die zelf lood gieten voor bijvoorbeeld kogels of vislood.
  • Mensen die kunst maken van lood of als hobby lood verwerken met bijvoorbeeld edelmetalen of soldeertin.
  • Mensen die oude huizen renoveren waar nog verf zit met lood erin of loodhoudende dakbedekking.
  • Mensen die een jachtincident gehad hebben door het achterblijven van loodhoudende kogeltjes in het lichaam.


    Luister hier een radiofragment van 5 minuten over loodvergiftiging.

Maatregelen en therapie


Het verder blootstellen aan lood dient meteen vermeden te worden.
Bij iemand die zeer kort geleden lood heeft ingenomen dient het braken te worden opgewekt of de maag dient gespoeld te worden.
Er kunnen medicijnen gegeven worden die ervoor zorgen dat lood aan sulfaat gebonden wordt en opdat het lood via de darmen het lichaam kan verlaten, zoals NaSO44 of MgSO4.

Via een infuus kunnen stoffen in de bloedbaan gebracht worden die ongewenste metalen inkapselen (chelatietherapie). De ingekapselde stoffen worden later uitgeplast.

Lood opsporen in bodem en drinkwater

Lood in drinkwater kan je niet zien, ruiken of proeven. Je kan het wel laten testen door een speciaal laboratorium (waterlaboratorium, het Water-lab of Aquador).
Via bodemloket.nl kan iemand nagaan of er in de eigen omgeving veel lood in de grond zit.

bronnen:
hersenletsel-uitleg

https://www.ntvg.nl/sites/default/files/migrated/1978107930001a.pdf

https://www.ntvg.nl/artikelen/vergiftiging-door-lood/volledig

https://www.nporadio1.nl/nieuws/binnenland/a7221090-b3d9-4ffe-893b-aae29a3ac836/loodvergiftiging-leidt-tot-permanent-hersenschade-en-lagere-intelligentie
https://www.ntvg.nl/sites/default/files/migrated/1978107930001a.pdf
https://www.lenntech.nl/bibliotheek/ziekten/lood/loodvergiftiging.htm

https://www.antigifcentrum.be/node/211

https://www.ziekten.nl/de-inname-van-lood-in-nederland-via-voedsel/ 

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/unicef-60-000-nederlandse-kinderen-met-loodvergiftiging-wereldwijd-1-op-de-3~b351233f/
Campbell BC, Moore MR, Goldberg A, Hernandez LA, CarsonDick W. Subclinical lead exposure: a possible cause of gout. Br Med J 1978;ii: 1403.
Canfield et al., Intellectual impairment in children with blood lead concentration below 10 µg per deciliter, N. Eng. J. Med 2003, 348 ;16 : 1517-1525 (BI 157724)

Cullen MR, Robins JM, Eskenazi B. Adult inorganic leadintoxication: presentation of 31 new cases and a review of recent advances inthe literature. Medicine (Baltimore) 1983; 62: 221-47.

Ehle AL, McKee DC. Neuropsychological effect of lead inoccupationally exposed workers: a critical review. Crit Rev Toxicol 1990; 20:237-55.
von Mühlendahl et al., Vergiftungen im Kindesalter, Thieme (2003).
Werken met lood; het loodbesluit. Voorburg:Directoraat-Generaal van de Arbeid van het Ministerie van Sociale Zaken enWerkgelegenheid, 1988; P-170-1.

Whitfield, C.L. (1972) Lead encephalopathy in adults - ScienceDirect  https://www.sciencedirect.com/