Chemobrein

Concentratieproblemen, overprikkeling, verminderde stressbestendigheid, geheugenproblemen na chemo?

Er is onderzoek gedaan naar de langetermijngevolgen van chemotherapie op de hersenen en specifieke cognitieve functies. In het onderzoek werden 196 vrouwen gevolgd na een chemo behandeling na borstkanker.

Het effect van chemokuren kan twintig jaar later nog sporen nalaten in de hersenen. Bij 70% van de mensen die een chemokuur hadden ondergaan verdwenen de klachten binnen een paar maanden na het beëindigen van de behandeling.

Ongeveer 30% van de mensen die een chemotherapie hebben ondergaan benoemden klachten op de lange termijn, dat wat voorheen zonder moeite afging nu inspanning kost.

 

Klachten gerelateerd aan de hersenen die genoemd zijn:


Overige lichamelijke klachten die genoemd worden:

  • veranderingen van geur en smaak
  • tinnitus
  • problemen met het horen
  • beschadiging van zenuwbanen (neuropathie)
  • orgaanschade aan hart en nieren
  • veranderde vruchtbaarheid /onvruchtbaarheid
  • veranderingen in het seksleven.

 

Na onderzoek van 196 vrouwen met chemobehandeling na borstkanker bleken ook (kleine) verschillen zichtbaar te zijn op scans in zowel witte stof als grijze stof in de hersenen. Dat kan met een relatief nieuwe MRI scan Diffusion Tensor Imaging.
Waarom niet iedereen klachten overhoudt wordt nog uitgezocht.

De kwaliteit van de witte stof, die de verbinding vormt tussen de verschillende hersengebieden bleek wat minder bij mensen die chemotherapie hadden gehad. De klachten waren vergelijkbaar met schade die bij de schildersziekte OPS wordt gezien na blootstelling aan chemische oplosmiddelen.

 

Ook andere klachten van een verminderde functie van de zenuwbanen kunnen de levenskwaliteit beïnvloeden. Mondbranden en neuropathie worden vaak genoemd als blijvende gevolgen van een chemotherapie. Neuropathie betekent letterlijk ziekte van het zenuwweefsel. Versterkte gevoelens zoals branderigheid, pijn en pijnscheuten, koud gevoel, elektrische schokken, tintelingen, prikken, of jeuk. Het omgekeerde kan ook het geval zijn als de zenuw minder signalen doorgeeft; een verminderd gevoel in de huid, een doof of dof gevoel.

 

Myeline aangetast

Een ander onderzoek onder leiding van Mark Noble van de University of Rochester Medical Center, New York onderzocht het effect van een veel gebruikte anti kanker middel 5-fluorouracil (5-FU) op muizen. Uit dat onderzoek bleek dat de isolatielaag van zenuwbanen (myeline) in de hersenbalk (corpus callosum) veel dunner werd.

 

Met name de oligodendrocyten, de cellen die de isolatielaag, myeline produceren werden aangetast. Oliodendrocyten zijn onderdeel van een bepaald type gliacel, de steuncellen die de zenuwcel uitlopers verzorgen.
Zonder deze isolatielaag is de snelheid van signaaloverdracht veel kleiner dus langzamer.

De hersenbalk verbindt de linker- en rechterhersenhelft met elkaar.
Ook uit dit onderzoek bleek dat mensen problemen hadden met het ophalen van herinneringen, met organisatorische vaardigheden en aandacht en concentratie.


Een neuropsycholoog Christina Meyers die met Mark Noble samenwerkte, ontdekte dat 19 borstkanker patiënten al cognitieve problemen hadden voor de chemotherapie. Waarschijnlijk veroorzaakt door de kanker zelf of de stress van de diagnose.

Bij 61% van de mensen met een chemotherapie bleek dat de cognitieve vaardigheden direct na de behandeling afgenomen waren. Een jaar later had de helft van deze mensen nog klachten.


De hersengebieden

Klachten bleken gerelateerd te kunnen worden aan de (dorsolaterale) préfrontale hersenschors (de executieve functies zoals plannen, beslissingen nemen, impulsen bheersen) en de (laterale) pariëtaalkwab (aandacht, ruimtelijk denken en geheugenfuncties) en de parahippocampale gyrus, de winding bij de hippocampus of zeepaardje waar geheugen aan gerelateerd is.
Uit het onderzoek van de University of Rochester Medical Center, New York bleek de hersenbalk ook  betrokken.

 

Het blijkt dat hogeropgeleiden meer klachten ervaren omdat bij hen een kleine verandering al grote consequenties kan hebben in het dagelijks leven. De mentale inspanning die zij voor een taak moeten leveren is veel groter, waardoor deze mensen soms hun werk niet meer op hun oude niveau kunnen uitvoeren.

 

Hormoontherapie en bestraling

De bloed-hersenbarrière beschermt het brein in bepaalde beperkte mate tegen  kankerbehandelingen, maar hersencellen zijn gevoeliger dan andere lichaamscellen, waardoor zelfs minieme hoeveelheden van een medicijn die door de bloed-hersenbarrière sijpelen, schade kunnen aanrichten. 

Het bleek dat het niet echt uitmaakte of je chemotherapie in pilvorm of per infuus had gekregen, noch maakte het verschil welke soort chemo iemand had gehad. Ook hormoontherapie en bestraling blijken cognitieve gevolgen te hebben op de lange termijn.

Geen dementie, cognitieve therapie kan helpen

De onderzoeker Mark Noble stelt met nadruk dat niemand een chemokuur zou moeten afwijzen uit angst voor een chemobrein. Hij stelt dat het niet hetzelfde is als dementie en dat levensstijltips of cognitieve therapie/revalidatie een persoon kan helpen.

 

Onderzoekers gaan door om te weten te komen welke medicijnen tegelijkertijd met een chemotherapie kunnen worden gegeven, om de kans op een chemobrein terug te dringen. Uit onderzoek van de universiteit van Rochester lijkt het toedienen van IGF-1, een groeifactor, veelbelovend bij dierproeven.

 

 

Download het magazine hieronder: Verder leven met een chemobrein.

Verder-leven-met-een-CHEMO-BREIN
PDF – 242,1 KB 2275 downloads

Filmpjes

 

Goede uitleg over de veranderingen in zenuwweefsel in de hersenen na een chemokuur (minder goede verbindingen en verminderde cognitie):

Schade in de hersenen door de operatie

Hersenletsel kan ook ontstaan door operatie aan een tumor of door littekenweefsel.

 

Uitleg klik hier over epilepsieaanvallen van de Epilepsie Vereniging.
Uitleg over hersentumoren van de stichting hersentumor

bronnen:

[Nederlandse federatie van Kankerpatienten]. (z.d.). Geraadpleegd van https://nfk.nl/

Cancer. (z.d.). Geraadpleegd op 30 januari 2016, van http://www.brainfacts.org/diseases-and-disorders/cancer

De Ruiter, M. B., Reneman, L., Boogerd, W., Veltman, D. J., Van Dam, F. S., Nederveen, A. J., . . . Schagen, S. B. (2010). Cerebral hyporesponsiveness and cognitive impairment 10 years after chemotherapy for breast cancer. Human Brain Mapping, 32(8), 1206–1219. https://doi.org/10.1002/hbm.21102

Eyskens, E., Feenstra, L., Meinders, A. E., Vandenbroucke, J. P., & Van Weel, C. (1997). Codex Medicus (10e ed.). Maarssen, Nederland: Elsevier Gezondheidszorg.

Han, R., Yang, Y. M., Dietrich, J., Luebke, A., Mayer-Pröschel, M., & Noble, M. (2008). Systemic 5-fluorouracil treatment causes a syndrome of delayed myelin destruction in the central nervous system. Journal of Biology, 7(4), 12. https://doi.org/10.1186/jbiol69

Hersenletsel uitleg team | Hersenletsel-uitleg.nl. (z.d.). van https://www.hersenletsel-uitleg.nl/

Kuks, J. B. M., Snoek, J. W., Oosterhuis, H. G. J. H., & Fock, J. M. (2003). Klinische neurologie (15e ed.). Houten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.

Meyers, C. (z.d.). Symptom Research. Geraadpleegd op 30 januari 2016, van https://www.mdanderson.org/research/departments-labs-institutes/departments-divisions/symptom-research.html

Noble, M. (2013, 17 september). Mental Fog with Tamoxifen is Real; Scientists Find Possible Antidote. Geraadpleegd op 30 januari 2016, van https://www.urmc.rochester.edu/news/story/3935/mental-fog-with-tamoxifen-is-real-scientists-find-possible-antidote.aspx

Nowak, R. (2008, 22 februari). Chemo drug attacks brain cell insulation | New Scientist. Geraadpleegd op 30 januari 2016, van https://www.newscientist.com/article/dn13750-chemo-drug-attacks-brain-cell-insulation/