Letsel in de hersenstam

Images are from Anatomography maintained by Life Science Databases(LSDB)

Afbeelding boven: rood is de hersenstam.

De hersenstam of truncus cerebri ligt diep in de hersenen, en leidt tot het ruggenmerg.

We kunnen drie delen onderscheiden aan de hersenstam. Van boven naar onderen:

Functies:

De hersenstam speelt een belangrijke rol in het controleren en reguleren van het autonome zenuwstelsel.
Het autonome zenuwstelsel, ook wel het onbewuste zenuwstelsel genoemd, is een belangrijk deel van ons lichaam dat vanzelf werkt, zonder dat je erover na hoeft te denken.
Het omvat functies zoals ademhaling, hartslag, bloeddruk, bloedsomloop, reflexen bij zien en horen (zoals schrikreacties), zweten, spijsvertering, lichaamstemperatuur en de grootte van de pupil.

Daarnaast beïnvloedt de hersenstam ook alertheid, smaak, kauwen en slikken, speekselvorming, hoesten, braken, plassen, en het vermogen om te slapen en wakker te worden (regulatie van de slaap-waakcyclus). Ook speelt het een rol in seksuele functies, het gevoel van evenwicht (vestibulair systeem) en het waarnemen van zwaartekracht.

Door de hele hersenstam bevindt zich de reticulaire formatie. Dit netwerk van zenuwcellen heeft onder andere de taak om het bewustzijn te reguleren en onderscheid te maken tussen belangrijke en onbelangrijke prikkels.

 

Waargenomen problemen:

- Verminderde longcapaciteit, wat het ademhalen en spreken moeilijker maakt. Dat heet ene verminderde vitale capaciteit: de maximale hoeveelheid lucht die kan worden uitgeademd na een maximale inademing
- Moeite met slikken van eten en drinken (dysfagie).
- Problemen met balans en lichaamsgevoel (proprioceptie).
- Duizeligheid en misselijkheid (vertigo).
- Slaapproblemen zoals slapeloosheid, niet of nauwelijks ademen in de slaap,  ademstops tijdens de slaap (centrale apneu of CSAS), of moeite met inslapen en doorslapen. Dit hoeft niet altijd gepaard te gaan met snurken. Lees meer op de pagina slaapstoornissen na hersenletsel.
- In sommige gevallen is ook plotseling slap worden van het lachen gemeld.

De belangrijke lichaamsfuncties zoals ademhaling, hartslag, bloeddruk, bloedsomloop en reflexen kunnen beschadigd raken, wat levensgevaarlijk kan zijn.

De hersenstam speelt een vitale rol in aandacht, opwinding, en bewustzijn. Alle informatie van en naar het lichaam passeert de hersenstam op weg naar of van de hersenen.
Net als de frontale- en temporale kwabben, is de hersenstam gelegen in een gebied vlakbij benige uitsteeksels, waardoor het kwetsbaar is voor schade tijdens een ongeval.

Wanneer iemands hersenstam niet meer functioneert, heet deze toestand hersendood. Bij andere toestanden met bewustzijnsverlies zoals coma, functioneert de hersenstam nog wel.

 

Een infarct in de hersenstam heet, afhankelijk van het gebied dat getroffen wordt: syndroom van:

Alle hersenstamsyndromen worden gekenmerkt door symptomen van gekruiste verlamming of uitval. Dat wil zeggen dat aan de kant van de hersenbeschadiging (ipsilateraal) ergens in het hoofd een verlamming of uitval optreedt én aan de andere kant in het lichaam een verlamming of uitval, dat heet contralateraal.

Syndroom van Wallenberg

(ook bekend als lateral medullary syndrome /lateraal medullair syndroom en posterieur inferieur cerebellair arteriesyndroom)


Een herseninfarct of bloeding (beroerte) in de zijkant van het verlengde merg (de medulla) in de hersenstam, is specifiek benoemd als het syndroom van Wallenberg (of Wallenberg syndrome).

De karakteristieke kenmerken daarvan zijn: last hebben van de hik, acute duizeligheid, schokkerige oogbewegingen (nystagmus), slikproblemen, braken, en stoornis in de stemvorming, waaronder dysartrie en heesheid.

Het hangt van de locatie af of er ook halfzijdige verminderde zweetsecretie is (soms zelfs meer!) of een gevoelsstoornis in het zachte gehemelte.


Ook komt het syndroom van Horner voor: er is dan sprake van een afhangend ooglid en één pupil is kleiner.
Miosis.jpg
Afbeelding: Syndroom van Horner; miosis (kleine pupil) en ptosis (afhangen bovenste ooglid)

Mensen met dit syndroom kunnen aan één kant van het gezicht minder voelen (pijn, temperatuurverschil en grove aanrakingen).
Dat heet uitval van vitale sensibiliteit, aan de ipsilaterale zijde van het gezicht, aan dezelfde lichaamskant van waar het letsel zich bevindt.
Deze gevoelsuitval kan ook aan de contralaterale zijde zijn van het lichaam, dus aan de ándere zijde van het lichaam, dan waar het letsel zich bevindt.

Er kan sprake zijn van een coördinatieverlies (ataxie) aan de ipsilaterale zijde van het lichaam; aan dezelfde lichaamskant van waar het letsel zich bevindt.

De meeste mensen met het Wallenberg syndroom herstellen beter dan mensen die een ander soort beroerte hebben gehad. Het herstel verschilt wel van de ene mens tot de andere: van zes weken tot een half jaar en anderen met meer aanzienlijke schade kunnen een meer permanente handicap hebben.

 

Volgens onderzoekers kan het syndroom van Wallenberg ook voorkomen na een chiropractische behandeling (chiropractic manipulation (Frumkin, Baloh, 1990).

 

Samenvatting klachten die voor kunnen komen:

  • heesheid (dysfonie)
  • misselijkheid en braken
  • de hik
  • duizeligheid (de misselijkheid en het braken, en soms de hik, worden geassocieerd met de duizeligheid).
  • snelle oogbewegingen (nystagmus)
    Nystagmus
  • een afname van zweten (soms toename!)
  • halfzijdige gevoelsstoornis -pijn en temperatuur (sensibiliteitsstoornis) verschil ervaren in hoe warm of koud iets is aan één kant van het lichaam = verminderde pijn en temperatuursensatie in de armen en benen
  • soms klachten dat alles om de persoon heen gekanteld lijkt of uit balans
  • tinnitus (oorsuizen)
  • soms halfzijdige verlamming of verlies van kracht en gevoel (in ledematen, het gezicht of de tong. Het is belangrijk op te merken dat er geen of slechts minimale zwakte is van de van de lichaamshelft aan de andere kant van waar het letsel zit (contralaterale zijde)
  • soms verlies van de kokhalsreflex
  • verlies van smaak in de helft van de tong
  • stemband verlamming 
  • lichtgevoeligheid
  • hartslag vertraging (bradycardie)
  • te hoge of te lage bloeddruk
  • neuropatische pijn (zenuwpijn).

 

Voorts is bekend dat bij pons- en hersenstamletsel onwillekeurige bewegingen voor kunnen komen die lijken op beven, trillen, schudden, tonisch-clonische- en fasciculatie-achtige spiersamentrekkingen.

Dat kan ook voorkomen bij een tijdelijk zuurstoftekort van de pons en van overige delen van de hersenstam. De bewegingen variëren in aard, frequentie en per trigger.


Syndroom van Weber

(ook bekend als frontale middenhersenen syndroom)

Het letsel zit in de middenhersenen (mesencephalon).
Dit syndroom wordt gekenmerkt door:

  • een spastische halfzijdige uitval in het lichaam (hemiparese). Aan de tegenovergestelde kant (contralateraal) van het letsel.
  • uitval van aangezichtsspieren (facialisparese) met uitzondering van het bovenste deel van de aangezichtsspieren. Aan de tegenovergestelde kant van het letsel (contralateraal).
  • een halfzijdige uitval (hemiparese) van de tong.
  • oogklachten bij dit syndroom zijn:
  • hangend ooglid (ptosis). Aan dezelfde kant van het letsel (ipsilateraal).

Wat je kan zien in het gezicht is een mond die scheef hangt en hangend ooglid aan de andere kant van het gezicht.


Syndroom van Benedict (Benedikt)

(ook bekend als paramediane middenhersen syndroom)

Net als bij het Weber syndroom, treedt dit syndroom op bij letsel in de middenhersenen/mesencephalon. Nog specifieker in het in het tegmentum.

Klachten zijn:

Dat veroorzaakt een neerwaartse beweging van de oogbol en een naar de wang gedraaide oogbol (ipsilateraal= aan de kant van het letsel). Het ene oog kijkt dus naar buiten en naar beneden met een grote verwijde pupil. Het ooglid hangt daarbij af (ptosis).

  • een halfzijdige verlamming of een waggelende loop door coördinatiestoornis (ataxie) gezien aan de andere kant van het letsel (contralaterale ataxie)

Dat komt door de beschadiging aan de rode kern die geen input uit de kleine hersenen kan ontvangen.

  • een halfzijdige verlamming (contralaterale hemiplegie) van het bovenste deel van het lichaam
  • onwillekeurige trillingen, die optreden bij het uitvoeren van een doelbewuste handeling (intentietremor)
  • abnormale onvrijwillige bewegingen (hyperkinesie).

Het syndroom van Benedict is bijna een combinatie van het syndroom van Weber en van het syndroom van Claude samen.


Het syndroom van Claude

Het syndroom van Claude is heel zeldzaam. Het syndroom is voor het eerst beschreven door de Franse neuroloog en psychiater H.C.J. Claude.

Klachten zijn:

De coördinatiestoornis komt door de beschadiging aan de rode kern die geen input uit de kleine hersenen kan ontvangen.


Syndroom van Millard Gubler

Het syndroom van Millard Gubler wordt ook wel het ventrale pontine syndroom genoemd.

Klachten:

  • Aan de kant van het letsel ontstaat uitval of verlamming van een van de zes oogspieren die het oog bewegen. Dit gaat om de spier aan de zijkant van het oog, richting de wang (musculus rectus lateralis). Deze spier zorgt er normaal gesproken voor dat je je oog naar buiten kunt bewegen, richting je oor (abductie).
    De verlamming van deze oogspier ontstaat door schade aan de zesde hersenzenuw. Hierdoor kan de spier het oog niet meer naar buiten draaien en ziet iemand alles dubbel (diplopie).
  • Aan de kant van het letsel kan uitval of verlamming optreden aan het boven- en ondergezicht. Dit komt door schade aan de zevende hersenzenuw (NVII).
  • Aan de andere kant van het letsel ontstaat halfzijdige verlamming van de armen en benen. Dat komt door schade aan de piramidebaan (corticospinale tractus). Het Millard-Gubler-syndroom kan leiden tot spastische aandoeningen, waardoor de ledematen slechts in zeer beperkte mate kunnen worden bewogen.

De oorzaken van dit syndroom van Millard Gubler, verschillen vaak afhankelijk van de leeftijd. Bij jonge mensen komt het meestal door tumoren, infecties zoals bepaalde parasitaire ziekten of tuberculose, ziekten die de zenuwbanen aantasten zoals multiple sclerose, of een virusinfectie die een hersenontsteking veroorzaakt.

Bij oudere mensen is het vaak het gevolg van een beroerte of een hersenbloeding. Soms kan het ook komen door een scheur in een belangrijke slagader in de hersenen (de basilaire slagader) of een uitstulping daarvan (een aneurysma).


Syndroom van Parinaud

Het syndroom van Parinaud is een onvermogen om de ogen op en neer te bewegen of naar boven te kijken (opwaartse blikverlamming).
Synoniemen: het dorsale middenhersensyndroom, Pretectaal syndroom, Sylvian-aquaductsyndroom of Koerber-Salus-Elschnig-syndroom.

Klachten van het syndroom van Parinaud is van oudsher opgedeeld in een aantal oog klachten:

  • veranderingen in de pupil:

    • niet symmetrische pupilgrootte

    • pupil reageert niet op licht

  • verticale blikverlamming opwaarts
    Wanneer iemand niet met beide ogen tegelijk naar boven of beneden kan kijken heet dat een verticale blikparese. Omdat iemand dus altijd naar beneden kijkt wordt dat in het Engels setting sun sign of sunset eyes genoemd. Letterlijk vertaald: teken van de ondergaande zon of zonsondergangogen genoemd).

  • terugtrekken van de oogleden
    Het bovenste ooglid kan de positie ten opzichte van de oogbol niet behouden (door de ogen naar beneden te bewegen).

  • oncontroleerbare, schokkerige oogbewegingen, soms convergentie-retractie-nystagmus genoemd of convergentie-intrekking nystagmus Het is een specifiek type nystagmus.

    Wanneer iemand probeert op te kijken, keren de ogen terug naar hun centrale positie en trekken de oogbollen zich terug. Convergentie = onmogelijkheid om met beide ogen naar de neus te kijken.

 

In vaktermen heten de oogklachten die bij het syndroom van Parinaud horen: geconjugeerde upgaze-verlamming, convergentie-retractie-nystagmus en licht-bijna-dissociatie. 

Oorzaken van het syndroom van Parinaud bij volwassenen: bloeding (30,0%), infarct (20,0%) tumor (15,0%) pijnappelkliertumoren (30,0%). Bij kinderen zijn de oorzaken vernauwing (stenose) in het aquaduct, en hersenvliesontsteking (meningitis). Bij ouderen vaker vasculaire aandoeningen zoals een beroerte /CVA en aneurysma in posterieur fossa. Traumatische hersenletsel of multiple sclerose kunnen ook de oorzaak zijn.


Syndroom van Foville

Het syndroom van Foville ontstaat door letsel in de zijtakken van de basilaire slagader in het gebied van de pons. De pons is het middelste gedeelte van de hersenstam. Het kan veroorzaakt worden door een tumor, door een CVA /beroerte, door traumatisch hersenletsel of door een ontsteking van de hersenen. De ontstekingen kunnen ook veroorzaakt worden door abcessen in het lichaam, bijvoorbeeld een longabces.

Andere namen zijn: Foville paralysis, Foville bridge-syndrome, Caudal bridge hood-syndrome, hemiplegie abducento-facialis alternans, hemiplegie alternans inferieure pontina. Soms wordt Foville met een w gespeld in plaats van met een v.

Klachten:

  • Aan de zijde van het letsel vindt uitval of verlamming plaats van de oogspier waardoor het oog gericht staat naar één kant (ipsilaterale horizontale blikparese of blikverlamming). Een blikverlamming betekent dat iemand niet tegelijkertijd de ogen in eenzelfde richting kan bewegen. Bij een horizontale blikparese kan iemand niet naar links of rechts kijken.
    Zwakte van horizontale oogbewegingen (internuclear oftalmoplegie).

  • Aangezichtsverlamming aan één zijde; aan de kant van de beschadiging in de hersenstam (ipsilaterale gezichtszenuwverlamming).

  • Aan de andere zijde van het letsel vindt halfzijdige uitval of verlamming plaats in de ledematen (contralaterale hemiplegie /hemiparese).

  • Aan de andere zijde van het letsel vindt halfzijdige uitval plaats van gevoel
    (contralateraal hemisensorisch verlies). Volledig of gedeeltelijk verlies van gevoel 
     van de warmtewaarneming.

    Voor professionals: Het syndroom van Foville presenteert zich met ipsilaterale zesde zenuwverlamming, gezichtsverlamming en contralaterale hemiparese.

    Er zijn meldingen van andere kenmerken zoals gezichtshypesthesie, perifere doofheid, Horner-syndroom, ataxie, pijn en thermische hypoesthesie.

Op deze pagina beschreven we het syndroom van Claude, het syndroom van Benedict, het syndroom van Millard Gubler, het syndroom van Weber, het syndroom van Wallenberg, syndroom van Foville en het syndroom van Parinaud.

bronnen:
Team Hersenletsel-uitleg
Brogna C, Fiengo L, Türe U. Achille Louis Foville's atlas of brain anatomy and the Defoville syndrome. Neurosurgery. 2012 May;70(5):1265-73; discussion 1273. [PubMed] [Reference list]
Canepa Raggio C, Dasgupta A. Three cases of Spontaneous Vertebral Artery Dissection (SVAD), resulting in two cases of Wallenberg syndrome and one case of Foville syndrome in young, healthy men. BMJ Case Rep. 2014 Apr 28;2014 [PMC free article] [PubMed] [Reference list]
Claude H, Loyez M (1912). "Ramollissement du noyau rouge". Rev Neurol (Paris). 24: 49–51.
Haines, Duane.E. Neuroanatomy: An Atlas of Structures, Sections, and Systems, Volume 153,Nummer 2004

Frumkin LR, Baloh RW. Wallenberg's syndrome following neck manipulation. Neurology. 1990 Apr;40(4):611-5. doi: 10.1212/wnl.40.4.611. PMID: 2181339.
Massi DG, Nyassinde J, Ndiaye MM. Superior Foville syndrome due to pontine hemorrhage: a case report. Pan Afr Med J. 2016;25:215. [PMC free article] [PubMed] [Reference list]
Menéndez-González M, García C, Suárez E, Fernández-Díaz D, Blázquez-Menes B. Sindrome de Wallemberg secundario a disección de la arteria vertebral por manipulación quiropráctica [Wallenberg's syndrome secondary to dissection of the vertebral artery caused by chiropractic manipulation]. Rev Neurol. 2003 Nov 1-15;37(9):837-9. Spanish. PMID: 14606051.

; ; . Millard Gubler Syndrome https://www.ncbi.nlm.nih.gov/books/NBK532907/

Wenban AB. Síndrome de Wallemberg secundario a disección de la arteria vertebral por manipulacion quiropráctica [Wallenberg's syndrome secondary to dissection of the vertebral artery caused by chiropractic manipulation]. Rev Neurol. 2004 Sep 1-15;39(5):497; author reply 497. Spanish. PMID: 15378467.
https://books.google.nl/books?id=xP-kmKiziAQC&pg=PA34&hl=nl&source=gbs_selected_pages&cad=2#v=onepage&q&f=false

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/books/NBK554418/

https://www.ncbi.nlm.nih.gov/books/NBK470174/

https://quizlet.com/12742623/neuro-block3-eye-movement-flash-cards/